• 15/01/2013

Prof. L. Pintelon: «De commerciële opleidingsrollercoaster»

Zomer. Rustiger op het werk. Ideale gelegenheid om achterstallig leesvoer door te nemen en af en toe eens te surfen.

Trefwoorden: #KULeuven, #opleidingen, #Pintelon

Lees verder

Columns

Eén van de dingen waar ik in geïnteresseerd ben is bv. welke opleidingen er (inter)nationaal gegeven worden voor maintenance managers. Wat dit jaar opvalt zijn de management tools.

Heel wat seminaries en short courses claimen je op de hoogte te brengen van de nieuwste tools. Meer nog, met deze tools is een efficiënt, effectief en productief onderhoud verzekerd.

De vlag 'tools' blijkt vele ladingen te dekken. Sommigen praten over IT en CMMS als tool, anderen hebben het over predictief/prognostiek onderhoud en weer anderen promoten TPM (total productive maintenance) en RCM.

Ook SCM (supply chain management) en change management worden als tools geciteerd. Natuurlijk klopt dat, tools ('tool' is '(hulp)middel' volgens Van Dale) zijn dat inderdaad, alhoewel ik tool eerder iets restrictiever zie. Zoals 5S, FMEA, OEE e.d. Ook aan dergelijke opleiding is een ruim aanbod.

Dit aanbod is een luxe, maar ook een probleem. Hoe kies je iets interessants dat je direct kunt toepassen in je job? Volg je best een opleiding TPM of RCM of RCM2? Ga je voor FMEA of misschien beter een andere RCA tool? En de 5S, is dat überhaupt helpen? Moet je voor een OEE berekening echt wel een opleiding volgen? Wat voor nieuws biedt een Weibull analyse? Hoe zit dat met 'lean maintenance'?

Het probleem zit niet alleen in het maken van de keuze op zich, maar ook in de verwarring. Neem nu 5S. In de jaren tachtig gepromoot als belangrijk onderdeel van TPM. Door veel bedrijven omarmd als eenvoudige, maar praktische manier om workshops en toolboxes (dit keer tool = gereedschap) te organiseren.

Het is dan een hele tijd vrij stil geweest rond 5S. Nu lijkt 5S aan een nieuwe opmars bezig, maar niet langer als TPM tool, maar wel als tool binnen 'lean thinking'. 'Lean thinking' dat na zijn geboorte (jaren 50) en jeugd in de productie-industrie nu doordringt is in andere domeinen: onderhoud, purchasing, SCM ... en zelfs 'lean healthcare'.

Op zich is zo’n wedergeboorte natuurlijk geen bezwaar. Wat mij wel wat stoort is het verkoopslabel 'nieuw' dat er opgekleefd wordt. Oude wijn in nieuwe zakken vraagt managementwijsheid om mee om te gaan en niet te verongelukken op de commerciële opleidingsrollercoaster.

Enfin, er is volgens mij toch wel een nood aan wat ondersteuning bij het maken van opleidingskeuze. Tenslotte is het de bedoeling dat de tools in kwestie renderen in het bedrijf. Surfen leverde hier weinig op, tot ik een boek vond met de veel belovende titel 'What tool? When?' en de claim 'A management guide for selecting the right improvement tools'.

Naïef bestelde ik het toch prijzige ding. Een desillusie. Het enige wat het boek doet – op een inleiding inzake strategie na - is allerlei tools beschrijven.

Weliswaar geïllustreerd en met wat duiding, maar een beslissingsschema over 'wat wanneer' aangewezen is, ontbreekt. Het lijkt mij een boeiende uitdaging voor de toekomst, zo’n schema opstellen. Dat er in praktijk interesse voor is, heb ik uit recente bedrijfscontacten alleszins gemerkt.

Als we tools dan toch breed gaan interpreteren, is er eentje dat ik gemist heb in mijn surfavontuur. Namelijk dat van de data-analyse. Het lijkt mij dat wij in de huidige IT-euforie toch de beschikking hebben, pardon zouden kunnen hebben, over massa’s interessante data die moeten toelaten om aan evidence-based onderhoud te doen.

Maar wat ik merk is dat bedrijven wel data hebben, goede data, veel data, maar er omzeggens niets mee doen, op het berekenen van een OEE na dan.

Dat bij de datacollectie interessante items, zoals reden van de storing of productieparameters op het moment van de storing, wel worden gemeten, maar niet systematisch worden bijgehouden. Dat er op verschillende plaatsen in het productieproces wordt gemeten, telkens met een andere samplingfrequentie, waardoor het een heksentoer wordt om de files tot bruikbare bestanden aaneen te breien.

Nochtans zijn dit soort data erg belangrijk als we willen gaan de RUL (remaining useful life) van componenten voorspellen of als we willen onze onderhoudspolitiek willen optimaliseren. Een degelijke cursus zou hier nuttig zijn, denk ik.

Genoeg gezeurd. Ik voorzie nog jaren interessant onderzoekswerk, wat me blij stemt. Als afsluiter een doordenker over een nog niet vermelde management tool, nl. het budget. Het citaat komt van Frank Carlucci (°1930), een Amerikaans politieker: 'The budget evolved from a management tool into an obstacle for management'.