ENGINEERINGNET.BE - Door Europese regelgeving hebben maatregelen op Belgisch niveau weinig invloed op de uitstoot van broeikasgassen. Veel sectoren, zoals elektriciteit, industrie en Europese luchtvaart, vallen namelijk onder het Europese systeem van emissiehandel.
Transport en gebouwen vallen niet onder dit systeem, wat ruimte creëert voor België om hiervoor eigen beleid te ontwikkelen binnen het Europese kader.
“De ontwikkeling van nieuwe technologieën vereist een goede combinatie van een hoge heffing op CO2-uitstoot, investeringen in de ontwikkeling van wetenschappelijke kennis en subsidies voor het in de markt zetten van nieuwe producten”, zegt professor Stef Proost, coördinator van de visietekst.
“Politici hebben tendens om vooral subsidies voor installaties te gebruiken, en dit gedurende lange tijd. De moeilijke afbouw van de steun aan bestaande zonnepanelen is daar een voorbeeld van.”
De energievoorziening van de toekomst wordt waarschijnlijk gedomineerd door elektra. Dat kan door de verdere ontwikkeling van hernieuwbare energie en nieuwe nucleaire technologieën bijna klimaatneutraal worden.
België heeft echter geen goede ligging voor hernieuwbare energie uit zonlicht of wind en wordt hiervoor deels afhankelijk van andere landen. Dit vergt een goede werking van de Europese elektriciteitsmarkt en een flexibele elektriciteitsvraag. Om ruimte te creëren voor deze transitie, is er de optie om twee kerncentrales langer open te houden.
De EU verplicht autoconstructeurs om de gemiddelde CO2-uitstoot van nieuwe voertuigen te halveren tegen 2030. Autoconstructeurs kunnen het best een kosteneffectieve verhouding bepalen tussen zuinigere auto’s op fossiele brandstof en elektrische auto’s. De overheid beschikt niet over kennis om dit te doen.
De auteurs stellen verder dat het zinvol is om intercontinentale vliegreizen te ontmoedigen, omdat daar geen enkele uitstootbeperking op zit. Deze vluchten zorgen voor twee derde van de totale CO2-uitstoot van vluchten die vertrekken of landen in Europa.
Het klimaatneutraal maken van bestaande gebouwen verloopt traag, omdat investeringen moeilijk terugverdiend worden. Dit komt onder meer door een scheve prijszetting: er is geen CO2-heffing op aardgas en olieverwarming, maar wel op elektra. Dat ontmoedigt mensen om klimaatneutrale elektrische warmtepompen te installeren.
Voor steden, die nog vooral aardgas gebruiken, zijn warmtenetten en biogas interessant. Dit vergt wel een gecoördineerde visie op de ruimtelijke ontwikkeling van energienetten.
