Realisatie European Open Science Cloud komt stap dichterbij

Duitsland, Nederland en Frankrijk gaan een internationaal kantoor runnen om dit initiatief te ondersteunen, wat gericht is op de vrije uitwisseling van data van Europese wetenschappers.

Trefwoorden: #European Open Science Cloud, #GO FAIR, #International Support and Coordination Office

Lees verder

Nieuws

( Foto: GO FAIR )

ENGINEERINGNET.NL - De European Open Science Cloud wordt een open platform voor de uitwisseling van onderzoeksdata van Europese wetenschappers. Dit maakt het gemeenschappelijk gebruik en hergebruik van onderzoeksbevindingen en -data mogelijk. Dat komt de wetenschap, het bedrijfsleven en de maatschappij ten goede.

Dit platform is een initiatief van GO FAIR. De realisatie ervan komt nu een stap dichterbij: Duitsland en Nederland richten een internationaal kantoor op om het GO FAIR initiatief te ondersteunen. Frankrijk sluit zich bij hen aan en zal ook bijdragen aan het kantoor, het International Support and Coordination Office.

GO FAIR heeft tot doel om geleidelijk bestaande onderzoeksdata van wetenschappelijke en academische instellingen in ieder onderzoeksgebied en over landsgrenzen heen te ontsluiten – en is daarmee een opstap naar het realiseren van de European Open Science Cloud.

In mei 2017 presenteerden staatssecretaris Georg Schütte (Duitsland) en voormalig staatssecretaris Sander Dekker (Nederland) een gemeenschappelijke `position paper’ waarin zij hun intentie bevestigden om voortgang te maken met de ontwikkeling van de EOSC en voorstelden om GO FAIR te steunen.

Het nieuwe kantoor zal implementatienetwerken ondersteunen en onderzoeks- en e-infrastructuurgemeenschappen bijstaan in hun inspanningen naar het leveren van FAIR data en services. Om het initiatief vooruit te brengen dragen de Duitse, Nederlandse en Franse ministeries, die verantwoordelijk voor onderzoek zijn, financieel bij aan het International Support and Coordination Office.

Het GO FAIR initiatief hanteert een open en coöperatieve aanpak, wat wil zeggen dat iedere lidstaat of onderzoeksinstelling, de e-infrastructuurgemeenschappen en mogelijk het bedrijfsleven steun of bijdrages kunnen leveren.