ENGINEERINGNET.BE – De afwerking van het 16,2 km lange traject van de Liefkenshoek spoorverbinding zit in de eindfase, zo meldt de Belgische beheerder van de spoorinfrastructuur Infrabel.
Momenteel wordt de laatste hand gelegd aan de infrastructuur in de geboorde tunnelkokers én op Antwerpen-Rechteroever.
Sinds meer dan 1,5 jaar werkt Infrabel aan het technische project. Het gaat over ongeveer 18 km aan sporen en bovenleidingen op bedding én 15,5 km aan sporen en bovenleidingen in de tunnels. Alles samen goed voor bijvoorbeeld 50 seinen en 244 km aan kabels.
De laatste bouwkundige werken waren in het najaar 2013 al door het bouwconsortium THV Locobouw - bestaande uit MBG, CEI-De Meyer, Vinci Construction Grands Projets én Wayss & Freytag Ingenieurbau - voltooid.
Belangrijke mijlpaal
Het einde van de uitrustingswerken vormt een belangrijke mijlpaal in het project. In de volgende fase volgen er de testen, inclusief die van het Europese seininrichtingssysteem ETCS, de verschillende veiligheidssystemen en de onderlinge integratie van al deze technieken.
De planning is na de vereiste certificatie de verbinding in december 2014 ter beschikking stellen van de spooroperatoren. Hiervoor dient de infrastructuurbeheerder nog eerst de toelating tot ingebruikname te verkrijgen van DVIS, de Dienst Veiligheid en Interoperabiliteit der Spoorwegen.
Publiek-private samenwerking
De realisatie van de spoorverbinding verloopt via een publiek-private samenwerking volgens de gekende “DBFM-formule” (Design, Build, Finance, Maintain).
De PPS slaat op een financiering van 690 miljoen euro, enerzijds door eigen middelen van de private partner Locorail en anderzijds uit bankleningen. Het Vlaamse Gewest heeft een inbreng van 107 miljoen euro gedaan om de financieringslast binnen de PPS te beperken tijdens de bouwfase.
Buiten de PPS investeert Infrabel zelf in de spoor- en seininstallaties over het volledige traject. Deze werken worden momenteel uitgevoerd en deze investering werd destijds geschat op 75 miljoen euro, maar de kostprijs "evolueert met de inflatie en is onderhevig aan aanpassingen en verbeteringswerken op het terrein".
De nieuwe spoorverbinding moet naar verluidt de groei van de Antwerpse haven ondersteunen en past in de strategie van een optimale intermodaliteit tussen het spoor en het water.
Infrabel wil naar eigen zeggen 'het aandeel van het spoorvervoer (de containertrafiek) in de Antwerpse haven verder verhogen van de huidige 10% naar ongeveer 15% tegen 2030.
(Bert Belmans)
